Veelgestelde vragen over valbeveiliging op de steiger

Veelgestelde vragen over valbeveiliging op de steiger

Steigers zijn duidelijk niet voor doetjes! Werken op duizelingwekkende hoogten is nog steeds spannend, zelfs na jaren in het vak. Om vallen van de steiger te voorkomen en je werk zo veilig mogelijk te maken, zijn er bepaalde regels over valbeveiliging op steigers. Vind hier antwoorden op veelgestelde vragen over valbeveiliging.

1.Wat is valbeveiliging op de steiger?

Onder valbeveiliging in steigers wordt verstaan elke voorziening, uitrusting of systeem die een val van de steiger voorkomt of opvangt.

Er wordt onderscheid gemaakt tussen twee soorten valbeveiliging in steigers:

• Collectieve beschermingsmiddelen (CBM)
• Persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM)

2. Wat is het verschil tussen CPE en PBM?

Collectieve valbeveiligingssystemen, ook wel collectieve beschermingsmiddelen (CBM) genoemd, zijn ontworpen om iedereen die de steiger betreedt, met of zonder training, te beschermen tegen vallen van hoogte. Fysieke barrières zoals relingen of netten zijn voorbeelden van CBM op de steiger.

PBM's kunnen echter alleen worden gebruikt door één persoon die een speciale opleiding moet hebben gevolgd om ze veilig te gebruiken. PBM's in steigers omvatten bijvoorbeeld valharnassen.

3.Welk type valbeveiliging heb ik nodig op de steiger?

Bij het werken op hoogte is voldoende valbeveiliging een must. Je hoeft echter niet te kiezen voor ENKEL CBM of PBM. Beide soorten valbeveiliging op de steiger zijn tegelijkertijd mogelijk en kunnen zelfs noodzakelijk zijn, afhankelijk van het project.

Maar: CBM heeft altijd voorrang op PBM. Waarom? Ten eerste beschermen fysieke barrières veel in plaats van slechts één persoon tegen vallen van de steiger. Ten tweede zijn collectieve maatregelen al in de steiger aangebracht voordat het project zelfs maar begint. Daardoor is er meestal geen verdere actie nodig van personen die de steiger betreden. Voordat je PBM's gebruikt, moet je dus altijd controleren of collectieve maatregelen op de steiger kunnen worden geïnstalleerd.

Als vuistregel geldt dat persoonlijke beschermingsmiddelen altijd moeten worden gebruikt als bijvoorbeeld het uitkragen van een steiger door erkers het plaatsen van een doorlopende leuning op een valhoogte van 2 meter of meer verhindert. Bij werkzaamheden boven water, machines of materialen waarbij het risico bestaat dat ze wegzakken, moeten persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM) worden gebruikt, ongeacht de valhoogte.

4.Hoe vaak moet mijn valbeveiliging worden geïnspecteerd?

Regelmatige inspecties van je valbeveiligingsuitrusting zijn essentieel om de veiligheid van iedereen op de steiger te allen tijde te garanderen. Dit geldt zowel voor CBM als voor PBM.

Autoriteiten zoals OSHA, CITB of het Duitse Comité voor Industriële Veiligheid schrijven voor dat steigers en de collectieve valbeveiligingssystemen die erin zijn geïnstalleerd ten minste eenmaal per week door een bevoegd persoon moeten worden geïnspecteerd. Steigers moeten ook worden geïnspecteerd na structurele aanpassingen en na weersomstandigheden zoals storm, zware regenval of sneeuwval. Alleen als je alle veiligheidsrisico's hebt verwijderd en je steiger de inspectie heeft doorstaan, kan hij weer worden gebruikt. Klik op de link voor onze gids voor steigerinspecties.

Er zijn ook belangrijke vereisten voor de regelmatige inspectie van persoonlijke beschermingsmiddelen. Je moet je persoonlijke beschermingsmiddelen voor elk gebruik controleren op beschadigingen en andere veiligheidsrisico's. Eens per jaar moet je je PBM's ook laten inspecteren door een expert en laten certificeren voor verder gebruik.

Wanneer er op hoogte gewerkt moet worden, is veiligheid prioriteit nummer één. Ga voor meer artikelen over veiligheid in steigers naar onze blog over steigers.